Max Verstappen vertelt wie zijn meest uitdagende tegenstander is...

Naast Jack Plooij, mochten mensen uit het publiek tijdens de dag van Max Verstappen bij Hornbach in Amsterdam ook vragen stellen aan Max Verstappen. Zo laat hij weten geen bijgelovige rituelen te hebben als hij de auto instapt. De meest uitdagende tegenstander is voor hem zijn teamgenoot Ricciardo: “De enige waarmee ik mezelf kan vergelijken is mijn teamgenoot. De rest, die in andere auto’s zitten, is natuurlijk moeilijk te beoordelen. Met hem kan ik van alle coureurs ook het beste opschieten. Op het circuit probeer je elkaar natuurlijk te verslaan, maar buiten het circuit om is hij heel relaxt.”

Over de vraag wat het lastigste circuit op de kalender is, hoeft Max niet lang na te denken: “Ik denk dat ik maar Monaco moet zeggen", zegt Max met een glimlach. Ondanks de teleurstellende race, wist de Nederlander vorig jaar wel de nodige inhaalacties te maken in de krappe straten van zijn woonplaats. Iets wat dit jaar nog uitdagender wordt: "Het inhalen zal er nu alleen maar lastiger worden door de bredere auto’s. De kwalificatie is het belangrijkst. Daarna moet je in de race gewoon in het midden blijven rijden, dan komt niemand er voorbij.”

Bij een bouwzaak kan het onderwerp klussen natuurlijk niet ontbreken. Ondanks zijn drukke schema stroopt Max ook wel eens zijn mouwen op om te klussen: “Natuurlijk, met verhuizen ben je altijd wel even bezig.” Toch is ook hier het racen niet ver om de hoek. “De laatste keer dat ik geklust heb was om mijn eigen simulator in elkaar zetten. Toen heb ik het racestuurtje en de televisies op elkaar aangesloten", legt hij uit.

Tot slot, de grootste wens van Max? “Wensen dat je wereldkampioen wordt, is te makkelijk. Je moet er ook voor vechten. Ik wil gewoon de beste auto hebben en dan moet je het zelf doen.”