Tijmen van der Helm mist power: "Pas na de kwalificatie kwamen we er achter dat de turbo kapot was"

Tijmen van der Helm heeft op het circuit van Paul Ricard zijn Formule Renault Eurocup-seizoen niet kunnen afsluiten zoals hij dat graag gewild had. Het 16-jarige TeamNL-talent kende door een technisch probleem een moeilijke kwalificatie en moest daardoor in beide races vanaf de veertiende plaats starten. Na een tegenvallende zestiende plaats in race één, ging het in de tweede race een stuk beter, al viel Van der Helm ook daarin buiten de punten.

De Formule Renault Eurocup sloot het seizoen 2020 af met ronde tien op Paul Ricard. TeamNL-talent Tijmen van der Helm wilde de opgaande lijn van vorig weekend doortrekken en het seizoen daarmee positief afsluiten. Dat het ene weekend het andere niet is, bleek al in de kwalificaties. In Duitsland zette de 16-jarige inwoner van Den Hoorn op slechts een paar tienden van een seconde van de poleposition de zesde tijd op de klokken. Op Paul Ricard was het gat een stuk groter en bleef de voor FA Racing uitkomende Nederlander steken op plek veertien. Daarmee wist Van der Helm meteen dat het twee moeilijke races zouden worden aangezien inhalen op de niet heel uitdagende baan van Paul Ricard uiterst lastig is. “Pas na de kwalificatie kwamen we er achter dat de turbo kapot was. Daardoor misten we vier kilometer aan snelheid. Zeker op een circuit zoals Paul Ricard doet dat je de das om”, blikte Van der Helm op de teleurstellende kwalificatie terug.

Bij de start van race één kwam Van der Helm niet heel goed weg en viel terug naar de 17de positie. De Nederlander herstelde zich snel en had zich binnen drie ronden weer teruggevochten naar plek veertien. Even leek de TeamNL-rijder aan te kunnen sluiten bij de groep voor zijn neus die streed om de plekken zeven tot en met dertien. Gaandeweg de wedstrijd verloor Van der Helm echter de aansluiting en moest meer gaan letten op de rijders in zijn spiegels. In eerste instantie kon de FA Racing-rijder zijn positie nog verdedigen, maar uiteindelijk verloor hij teveel snelheid en werd met nog twee ronden te gaan terugverwezen naar plek zestien, om ook op deze positie de finish te passeren. “De eerste ronde was goed, maar in het laatste deel van de race zakte de pace enorm in”, aldus Van der Helm over de op zaterdag verreden wedstrijd.


In de tweede race wist Van der Helm na het nodige geduw en getrek bij de start zijn veertiende positie te behouden en schoof door naar plek twaalf toen twee rijders elkaar raakten. De FA Racing-piloot kon een beter tempo rijden dan in race één en hoewel hij in de derde ronde een plaatsje verloor, behield Van der Helm de aansluiting met de groep voor hem. In ronde zeven wist de TeamNL-rijder zijn twaalfde positie te heroveren. Even leek er zelfs nog meer in te zitten, maar naarmate de race vorderde zag Van der Helm zijn voorliggers uit beeld verdwijnen en moest zich tevreden stellen met de twaalfde positie. “Vlak voor de start was er een probleem met de koppeling. Op de grid sloeg de motor zelfs nog af. Net voor het licht op groen ging, kreeg ik de motor weer gestart. De eerste ronde ging heel goed, al kreeg ik een brake test van de rijder voor me waardoor ik met mijn neus tegen zijn achterkant kwam. Gelukkig was er geen schade. De rondetijden waren een stuk beter dan in race één en ik kon nog een plaatsje goedmaken. Maar de twaalfde positie is zeker niet waarvoor we hier komen”, blikte een teleurgestelde Van der Helm op het Franse weekend terug.

De gifbeker was voor de Nederlander echter nog niet leeg. Ruim na afloop van de race kreeg Van der Helm een tien seconden straf opgelegd en werd daardoor in race twee als veertiende geklasseerd.