FOTO'S: De nieuwe krachtpatser voor Le Mans; twee hypercars gaan 20 miljoen euro per jaar kosten! Geslaagde kostenreductie
Uitgegeven door Wim Boekel • 17 oktober 2018 18:32
De kosten voor deelname met de hypercars aan de nieuwe klasse van het FIA World Endurance Championship gaan lager worden dan eerder werd aangekondigd. Het wordt dus goedkoper! Deze prototype klasse moet in 2020/21 ingevoerd gaan worden. De FIA en de ACO zijn gekomen met een budget van 20 miljoen euro per jaar voor een fabrieksteam met twee auto’s. Dit is 25 tot 30 miljoen euro lager dan eerder dit jaar voor de klasse werd aangekondigd tijdens de 24 uur van Le Mans 2018.
Het lagere bedrag komt voort uit de technische werkgroep die zich sinds juni bezighoudt met de reglementen en is opgenomen in een prospectus, waarin ook foto’s zijn ingevoegd van de mogelijke looks van de auto’s. Deze prospectus is recent naar de fabrikanten gestuurd om ze uit te nodigen om deel te nemen aan deze hypercar-klasse.
De reductie van de kosten is mogelijk een tegemoetkoming aan de wensen van de IMSA, die het sportscarracen in Noord-Amerika organiseert. Zij waren niet bereid om de regels te accepteren, tenzij de kosten aanzienlijk lager zouden zijn dan eerder aangekondigd. In de 20 miljoen euro zijn overigens ook de kosten voor het ontwerp en de ontwikkeling van de hypercar opgenomen. Deze kosten kunnen vervolgens over een periode van vijf jaar verdeeld worden. De prospectus bevat ook de kosten voor de inzet van een auto door een privéteam. Zij kopen dan een auto van een fabrikant of een specialist. De kosten hiervoor moeten 16 miljoen euro gaan bedragen.
De FIA en ACO hebben nog geen commentaar gegeven op de nieuwe getallen, maar de verwachting is dat dit bereikt kan worden door de prestatiedoelen van de categorie te verlagen. Volgens de opgave in juni moeten de nieuwe prototypes rond de 3 minuten en 20 seconden rijden in Le Mans. Dat is ongeveer vijf seconden langzamer dan het pole position record van Kamui Kobayashi met de Toyota TS050 Hybrid. De verwachting is dat de nieuwe auto’s nu rond de 3 minuten en 24 à 25 seconden gaan rijden.
Volgens de nieuwe regels zijn maximale prestatie settings per onderdeel van de auto een vereiste. Een voorbeeld hiervan is maximale downforce en minimale luchtstroom. Door deze regels denken de FIA en ACO dat de kosten beperkt gehouden kunnen worden. Toch zegt men dat het niet voorkomen kan worden dat fabrikanten meer besteden, maar de voorschriften in de regels zorgen er voor dat ze er geen groot voordeel uit kunnen halen. Daarnaast wordt de ontwikkeling mogelijk beperkt.
Fabrikanten en constructeurs krijgen alleen ruimte om een gehomologeerd ontwerp te wijzigen gedurende het seizoen, wanneer het de veiligheid of betrouwbaarheid betreft. Er wordt één nieuwe homologatie per vijf jaar toegestaan, aanpassingen in de styling kunnen tussen de seizoenen worden doorgevoerd. Testen tijdens de niet-Europese races van oktober tot maart wordt niet toegestaan. Het aantal testdagen is gemaximeerd op tien per jaar.
Wat betreft het hybride systeem op de voorwielen, moet deze door de fabrikanten ook aan andere deelnemers tegen redelijke kosten aangeboden worden. Er wordt nu een bedrag van 2 miljoen euro voor twee auto's genoemd in de prospectus.
Door het aangepaste prestatievermogen, is de verwachting dat de LMP2-auto’s langzamer moeten worden. Hierdoor blijft het onderscheid tussen de twee klassen behouden. De definitieve regels moeten in november worden gepresenteerd aan de endurance-commissie, voordat ze op 5 december naar de FIA World Motor Sport Council ter goedkeuring gaan.
