IndyCar stelt introductie hybride-krachtbron uit tot na Indy 500 in mei

De organisatie van de IndyCar-series, het Amerikaanse equivalent van de Formule 1, besluit de introductie van de nieuwe hybridemotoren uit te stellen tot na de eerste seizoenshelft van 2024 om de hybridemotoren te gebruiken. Motorfabrikanten Chevrolet en Honda werken hard aan de introductie van de nieuw hybride componenten op de motoren en wilden in eerste instantie al tijdens het eerste weekend in St.-Peterburg rijden met de vernieuwde technologie.



In eerste instantie was het de bedoeling dat de IndyCar al vanaf de openingsrace komende maart in de straten van Saint Petersburg hun debuut zouden maken, maar nu blijkt niets minder waar. Alhoewel er bijna 25.000 testkilometer zijn afgelegd, is de organisatie nog niet overtuigd over de nieuwe technologie en besluit men daarom voorzichtig te zijn. Komende mei vindt de wereldberoemde Indy 500 plaats op de Indianapolis Motorspeedway. Waar de IndyCar-races normaal gesproken vooral goed bekeken worden in Amerika, wordt de Indy 500 wereldwijd door miljoenen bekeken. Daarom wil de organisatie pas ná deze race komen met de nieuwe krachtbronnen.

Afgelopen augustus werden de eerste testmeters gemaakt met de compleet vernieuwde 2,2 liter V6-krachtbron met een turbocompressor. Inmiddels hebben fabrikanten Honda en Chevrolet – die nauw samenwerken – al ruim 24.000 testkilometer afgelegd om de nieuwe technologie tot in de kleinste details uit te werken. “De samenwerking tussen Chevrolet en Honda is fenomenaal geweest”, aldus IndyCar-president Jay Frye in een persbericht. “De IndyCar hybride krachtbron is dynamisch en een technisch wonder, en we zijn volledig toegewijd aan de succesvolle introductie ervan volgend seizoen.”