Supercar Challenge: Max Koebolt en Nigel Melker twee keer winnaar op Spa-Francorchamps!

Maar liefst 41 bolides stonden op zaterdagmiddag op de startgrid klaar voor de eerste race van het weekend tijdens het Racing Festival in Spa Francorchamps. Vooraan was het de Ligier LMP3 van Max Koebolt en Nigel Melker (Ligier LMP3) met daarnaast de Mosler van Kosta Kanaroglou en Oliver Campos Hull. De tweede rij was voor Henk Thuis (Pumaxs) en Henry Zumbrink (Volvo) waarna de volgende rij voor de snelsten uit de GTB divisie was, namelijk Chris Mattheus en Bob Herber allebei in een BMW M4 Silhouette.



In de Supersport startte Benjamin van den Berg (BMW) van pole position en stond Priscilla Speelman (Lotus) naast hem op de startgrid. Daarachter stonden de twee Monster-Seats met Dennis de Borst en Aart-Jan Ringelberg achter het stuur. Bart Drost (BMW) startte in de Sport divisie als eerste met daarachter Toon Rutgers in de BWM130i en Carlijn Bergsma in de Lotus Exige.



Toen de lichten uitgingen gingen de heren coureurs op het gas en zagen we dat Max Koebolt en Oliver Campos Hull een slechte start hadden en plekken verloren. Henk Thuis en Henry Zumbrink wisten te profiteren en reden na de eerste ronde op de eerste twee plaatsen. In de GTB divisie was het Yann Penlou die de eerste positie had gepakt, voor Chris Mattheus en Bob Herber.
Een goede start had Dennis de Borst, die als eerste van de Supersport deelnemers uit La Source kwam en richting Eau Rouge kon gaan. Hij reed voor Benjamin van den Berg (BMW), Priscilla Speelman (Lotus), Marcel van de Maat (BMW) en Aart-Jan Ringelberg (Seat). In de tweede ronde had Kevin Clarke, die niet zo’n beste start had, zich ook aangesloten bij deze groep en waagde hij een aanval bij Ringelberg aan het einde van het rechte stuk. In La Source raakten ze elkaar, zonder verdere nare gevolgen, en konden beide auto’s hun race vervolgen, al verloren ze wel tijd op hun voorliggers.



In de Sport divisie had Toon Rutgers (Renault) de leiding genomen, voor Bart van den Broeck (Peugeot) en Kim Troeijen (ATR). Bart Drost (BMW) had enkele plekken verloren bij de start en lag op de vierde positie met direct achter hem Carlijn Bergsma (Lotus) en de Clio van Stan van Oord.



Na drie ronden had Max Koebolt zijn slechte start al goedgemaakt en reed hij weer vooraan het veld. Daarachter hield Henk Thuis stand ten opzichte van zijn ‘bumperklever’ Zumbrink. Yann Penlou wist sterke tijden neer te zetten en reed zelfs in leidende positie in de GTB divisie, voor de Mosler van Berry van Elk en de Ginetta Nissan LMP3 van Jean Pierre Lequeux. Om de tweede plaats werd geknokt door Mattheus en Herber en ook Tom Wrigley mengde zich in dit gevecht met zijn Porsche 991.



Dennis de Borst wist een gaatje te realiseren ten opzichte van zijn achtervolgers, die druk met elkaar in gevecht waren. Priscilla Speelman lag nog altijd in tweede positie, voor Van den Berg, Clarke, Ringelberg, Van de Maat en Van der Munckhof. Ronald van Loon had meters moeten inleveren op zijn concurrenten. In sommige bochten was het erg druk en zagen we positiewisselingen. Door een klein foutje van Van den Berg (BMW) konden de overige deelnemers aan hem voorbij gaan; foutjes konden dus niet gemaakt worden. Toch wist hij de aansluiting te behouden.

Plotseling zagen we een grote stofwolk bovenop Eau Rouge waarbij de Porsche van Jos Jansen een paar pirouetjes maakte, voordat hij licht in contact kwam met de bandenstapels. Gelukkig kwam hij met de schrik vrij en kon met een paar krasjes op de bumper zijn race vervolgen.



Na twintig minuten ging de pit window open voor de Sport divisies. Vlak voor de bus stop chicane haalde Clarke de Lotus van Speelman in en veroverde hij de tweede positie, maar hij dook ook meteen de pitstraat in voor zijn reguliere pitstop. Ook Ringelberg zocht de pitstraat op, evenals korte tijd later Van den Berg en Van Loon, om het stuur over te geven aan hun tweede rijder.



In de GTB divisie verloor Bob Herber zijn derde plek aan Wrigley in de Porsche, daarvoor reden nog steeds Penlou en Mattheus op de eerste twee posities. Nog voor de pitstraat open was voor de GT divisies, zagen we Berry van Elk zijn Mosler de pitstraat insturen en stilzetten. Meer positiewisselingen waren er niet in de GT divisies, behalve dat Aart Bosman voorbij wist te steken aan de Porsche van Olivier Montgermont.



Na de pitstops lag de Febo-Seat met nu Martin de Kleijn achter het stuur, nog steeds aan de leiding. Daarachter reden Kevin Clarke, Eric van den Munckhof en Peter Scheurs, die het stuur had overgenomen de strak sturende Marcel van de Maat. In de Sport divisie had Chris Voet de leiding met de fraaie Peugeot RCZ , voor Harold Wisselink (BMW 130i) en Niels Kool (BMW135i). Ze streden om de belangrijke punten die aan het einde van de race te verdienen waren.



Robert van den Berg parkeerde zijn BMW132i langs de baan met een lekke rechter achterband, zijn race kwam tot een vroegtijdig einde. Clarke had zijn pitstop niet conform reglement uitgevoerd en kreeg een drive through penalty, wat betekende dat hij zijn tweede plek verloor.



Na de pitstops van de GT divisies, had Henry Zumbrink in de SuperGT divisie de leiding overgenomen van Henk Thuis, welke nog wel de tweede plaats in handen had voor Kosta Kanaroglou en Marc Ueberecken. De stand in de GTB divisie was zo goed als ongewijzigd en reed Yann Penlou nog steeds aan de leiding, voor Ward Sluys die het stuur in handen had overgenomen van de BMW M4 Silhouette. Marcel van Berlo lag nog steeds op de derde positie, voor Bob Herber en Joe Tuckey (Porsche 991).



In de Supersport had Scheurs de leiding overgenomen van De Kleijn en ook Van den Munckhof en Luuk van Loon reden snelle rondetijden en naderden daarmee de Seat van De Kleijn. Er ontstond een mooi gevecht waarbij Van den Munckhof niet veel later moest afhaken, maar Luuk van Loon wist wel voorbij te steken aan de Febo-Seat. Daarachter vond Jan van der Kooi (Lotus) aansluiting bij Van den Munckhof (BMW Z4) op de vierde positie en na een lang gevecht wist Van der Kooij voorbij te steken aan Van den Munckhof.



Ondertussen reed de Ligier LMP3 van DayVtec, met nu Nigel Melker achter het stuur, strakke rondetijden en reed hij onbedreigd aan de leiding. Zumbrink, Thuis en Kanaroglou volgden op een ronde achterstand. In de GTB divisie was er een wisseling geweest om de derde positie. Herber had de bumper van Van Berlo gevonden en na korte strijd, moest Van Berlo Herber laten gaan. Herber reed toen opnieuw op de derde plaats van het GTB veld, achter Penlou en Sluys.



In de Sport divisie werd hard gestreden om de eerste plaats tussen Voet, Kool en Wisselink. Zij wisten hun strijd vol te houden tot aan de finishvlag. En om de vierde plaats werd geknokt, nu tussen Stan van Oord en Wim Lemmens, die het stuur had overgenomen van Kim Troeijen.
In de Sport divisies duurde de strijd tot aan de finishvlag, maar in de hoogste divisies veranderde er niets. Max Koebolt en Nigel Melker finishten met hun Ligier LMP3 als eerste overall met een zeer ruime voorsprong. Max Koebolt trakteerde zichzelf op zijn negentiende verjaardag daarmee op een overwinning. Henk Thuis werd tweede, die Henry Zumbrink toch nog wist in te halen. Ook Kosta Kanaroglou en Oliver Campos Hull deden goede zaken in het kampioenschap, zij werden derde.



In de GTB divisie ging de winst naar Yann Penlou, die de race van begin tot aan het einde had gedomineerd. De Belgen Ward Sluys en Chris Mattheus finishen als tweede en Bob Herber mocht op de laatste trede van het podium plaatsnemen. Marcel van Berlo eiste de vierde positie op na een mooie race gereden te hebben.



Luuk van Loon probeerde in de laatste ronden nog voorbij te komen aan Peter Scheurs, maar die had zijn BMW stuur stevig in handen. Als aan een touwtje gingen de drie strijders over de baan en het verschil tussen de nummer één en drie bedroeg op de streep maar anderhalve seconde. De winst ging verdiend naar Marcel van de Maat en Peter Scheurs in hun oranje BMW E46 GTR voor Ronald van Loon en Luuk van Loon op de tweede positie en Dennis de Borst en Martin de Kleijn op de derde plaatse. De top vijf werd gecompleteerd door Jan van der Kooi en Priscilla Speelman, die voor Eric van den Munckhof eindigden.



In de Sport divisie was het verschil ook erg klein aan het einde van de race. Chris Voet en Bart van den Broeck pakten de overwinning, nadat Chris Voet het tweede deel van de race continue in zijn spiegels twee BMW’s zag rijden. Bart Drost en Niels Kool pakten uiteindelijk de tweede positie voor Harold Wisselink en Toon Rutgers. Op enige achterstand eindigde Kim Troeijen en Wim Lemmens op een mooie vierde positie en Stan van Oord pakte de punten van de vijfde plaats.



Op zondagmiddag wonnen Nigel Melker en Max Koebolt met grote overmacht ook de tweede race van het weekend. Het was één grote demonstratierit van de DayVtec-Ligier LMP3, aangezien ze een voorsprong wisten op te bouwen van meer dan een ronde in een race van negentig minuten.



Zondag betekende pech voor Henry Zumbrink (Volvo) vanwege een lekke band, waardoor het rijdersduo Kosta Kanaroglou en Olivier Campos-Hull de overwinning in de SuperGT divisie konden pakken. Dat impliceerde dat zij ook kampioen in deze divisie werden, een welverdiend kampioenschap na een constant seizoen voor de Spaanse Mosler rijders. Hun overwinning kwam nog even in gevaar, want vijf minuten voor het einde van de race kwamen de Moslers van Campos Hull en Van Elk met elkaar in aanraking. Van Elk leek ineens de snelheid te verliezen waardoor de Campos Hull, die Van Elk op een ronde zou gaan zetten, moest uitwijken. Dit lukte net niet op tijd waardoor hij achterop reed bij Van Elk. Die belandde in de grindbak, maar Campos Hull kon zijn weg wel vervolgen. Met schade aan zijn auto wist hij uiteindelijk nog wel de finish te bereiken en niet alleen de overwinning te pakken maar ook het kampioenschap in de SuperGT divisie. Berry van Elk werd toch nog als derde geklasseerd. Henk Thuis (Pumaxs RT) zat het ook niet mee. Hij nam aanvankelijk de leiding, maar een lage oliedruk deed hem terugvallen.



Er waren nog twee andere aanrijdingen in de race te betreuren. Eerst werd het veld opgeschrikt door een klapper op het rechte stuk, waar Van den Munckhof van de baan was geraakt en hard in contact was gekomen met de muur. De wedstrijdleiding besloot voor een full course yellow situatie, dus waren er langzaam rijdende auto’s te zien op het circuit van Spa Francorchamps. Na dit incident werd opnieuw een full course yellow situatie geschapen, omdat de Ted van Vliet met een zwaar beschadigde auto langs de baan stond. Vijftien minuten voor het einde van de race, vond hij zijn Waterloo doordat hij de controle verloor over de BMW.

In de GTB-divisie was het spannend. In de klasse reden vele Porsches mee, die we nog niet eerder in de Supercar Challenge aan het werk gezien hadden. Yann Penlou (Porsche 991) wist net als op zaterdag, de divisie te winnen. Achter hem eindigde de BMW M4 Silhouette van Ward Sluys en Chris Mattheus, die daarmee voldoende punten verzamelden om zich tot GTB-kampioen te kronen. Welverdiend, nadat ze vorig jaar toch wel erg veel pech kenden. Marcel van Berlo reed zijn Porsche naar de derde plaats.



De Supersport divisie werd onverwacht een overwinning voor de gebroeders Robert en Benjamin van den Berg. Zij revancheerden zich daarmee voor hun pech van de dag ervoor. In het laatste deel van de race wist Van den Berg nog Van der Kooij en Clarke in te halen. Martin de Kleijn schakelde zichzelf uit voor de overwinning (en voor kostbare punten) doordat hij zijn Seat al voor de start van de race de pits inreed. Jan van der Kooi en Priscilla Speelman pakte een zeer verdiende tweede plek en de derde plek was voor Kevin Clarke.



De Sport-divisie werd een overwinning voor de BMW van Toon Rutgers en Harald Wisselink, die voor Chris Voet en Bart van Broeck (Peugeot RCZ). Als derde finishte Stephan Polderman. Net naast het podium grepen Bart Drost en Niels Kool (BMW) en ook Stan van Oord, die op de vierde en vijfde plek eindigden.



Een turbulente race met een wisselende beelden, mooie gevechten in de GTB en Supersport divisie en drie ‘ongelukken’ waardoor de race onderbroken moest worden voor een full course yellow situatie. Een race waar men vast nog even over na gaat praten. Volgende week zondag kan je de beelden terug zien van de race, tijdens de reguliere uitzending in het autosportprogramma op RTL7 omstreeks 14.00 uur. Op 23 oktober is de Supercar Challenge voor de laatste keer dit seizoen aan het werk te zien, tijdens de Finaleraces op het TT circuit van Assen.